Loading Loading...
Menu

ArboApp

Menu

ArboApp

Loading

Werken met een hoogwerker

Waar moet je op letten als je op een hoogwerker werkt? Je werkt op hoogte wanneer je werkniveau minimaal 2,5 meter hoog is. Hieronder zie je het hele stappenplan. Klik op de knop “bekijk stappen met afbeeldingen” om alle stappen inclusief afbeeldingen te bekijken.

  • Volg de instructies van de gebruikshandleiding.

    Alleen medewerkers die daartoe specifieke deskundigheid bezitten mogen een hoogwerker bedienen. Specifieke deskundigheid verkrijg je als je in het bezit bent van een hoogwerker certificaat. Let altijd op beknellingsgevaar bij heffen, dalen en zwenken. Jeugdigen (leeftijd 16 en 17 jaar) mogen alleen onder deskundig toezicht op een hoogwerker werken.  

  • Controleer op de keuringssticker of de hoogwerker nog binnen de keuringstermijn valt (< 1 jaar).

  • Bepaal de (bodem)gesteldheid.

    Zorg dat de ondergrond vrij is van putten, leidingen en kelders.

  • Zorg dat de maximale belasting en het personenaantal niet overschreden wordt.

  • Op de bedieningsplaats moet een noodstop aanwezig zijn.

  • Bij het verrijden van de hoogwerker moet op de grond een extra man aanwezig zijn voor het geven van aanwijzingen.

  • In de werkbak mogen geen trapjes, opstapjes of ladders worden gebruikt. Er mag niet buiten de werkbak worden gereikt.

  • Het moet mogelijk zijn om de nooddaalinrichting te bedienen vanaf de grond.

    Test de nooddaalinrichting voordat je begint met werken met de hoogwerker.

  • Personen in de werkbak dragen altijd een harnasgordel en een korte (vaste) positioneringslijn zonder valdemping. Er wordt aangelijnd aan aanlijnpunten.

  • Het is verboden om een hoogwerker te gebruiken bij windkracht 6 of hoger.

  • Gebruik de hoogwerker alleen voor werkzaamheden waar voor gemaakt is.

    Het is verboden een hoogwerker als personenlift te gebruiken en er op hoogte uit te stappen. Het is eveneens verboden om de hoogwerker als kraan te gebruiken.

1 Volg de instructies van de gebruikshandleiding.
Alleen medewerkers die daartoe specifieke deskundigheid bezitten mogen een hoogwerker bedienen. Specifieke deskundigheid verkrijg je als je in het bezit bent van een hoogwerker certificaat. Let altijd op beknellingsgevaar bij heffen, dalen en zwenken. Jeugdigen (leeftijd 16 en 17 jaar) mogen alleen onder deskundig toezicht op een hoogwerker werken.  
2 Controleer op de keuringssticker of de hoogwerker nog binnen de keuringstermijn valt (< 1 jaar).
3 Bepaal de (bodem)gesteldheid.
Zorg dat de ondergrond vrij is van putten, leidingen en kelders.
4 Zorg dat de maximale belasting en het personenaantal niet overschreden wordt.
5 Op de bedieningsplaats moet een noodstop aanwezig zijn.
6 Bij het verrijden van de hoogwerker moet op de grond een extra man aanwezig zijn voor het geven van aanwijzingen.
7 In de werkbak mogen geen trapjes, opstapjes of ladders worden gebruikt. Er mag niet buiten de werkbak worden gereikt.
8 Het moet mogelijk zijn om de nooddaalinrichting te bedienen vanaf de grond.
Test de nooddaalinrichting voordat je begint met werken met de hoogwerker.
9 Personen in de werkbak dragen altijd een harnasgordel en een korte (vaste) positioneringslijn zonder valdemping. Er wordt aangelijnd aan aanlijnpunten.
10 Het is verboden om een hoogwerker te gebruiken bij windkracht 6 of hoger.
11 Gebruik de hoogwerker alleen voor werkzaamheden waar voor gemaakt is.
Het is verboden een hoogwerker als personenlift te gebruiken en er op hoogte uit te stappen. Het is eveneens verboden om de hoogwerker als kraan te gebruiken.